Bovenstaande foto: Langweer rond 1900
Soms krijg ik de vraag waar de naam Dijkstra vandaan komt. Eerder veronderstelde ik dat mijn voorouders wellicht op of aan een dijk hebben gewoond en de naam daaraan hebben ontleend. Ik bleek hiermee wel in de buurt te komen....
Het meest gebruikte -a-element is bij de herkomstnamen zonder twijfel -stra. Na een langdurige discussie omtrent de taalhistorische achtergrond van dit familienaamvormende element is men het er nu wel over eens dat -stra zich uit een samenspel van Oudfries sittera en sêtera/sâtera heeft ontwikkeld, tweede naamvallen meervoud van (1) sitter 'bewoner' en (2) sêta, sâta met dezelfde betekenis. Dat kon gebeuren doordat van (2), waarschijnlijk onder invloed van de er-uitgangen van (1) en van het eveneens 'bewoner' betekenende sâter, de uitgang -a door -er was vervangen. Een naam als Abba Nyehustera uit 1397, waarin trouwens de verkorting van sittera/setera/satera tot -stra nog niet helemaal is afgerond, drukt dus uit dat een zekere Abba bij de bewoners van een zeker Nyahus behoort. Het is dan ook zo dat dit type onderscheidende toevoeging in eerste instantie adres- namen produceert, maar later ook -stra-namen buiten deze groep. Dat zijn dan vooral herkomstnamen, wat gezien de eveneens toponymische basis ook wel voor de hand ligt.
De naam van de in 1475 vermelde Peter Kamstera betekent waarschijnlijk 'Peter van de bewoners van een plaats (huis) De Kamp'. Hoewel -ster nog steeds fungeert bij plaatsnaamafleidingen (een Damster is een inwoner van Appingedam), werd -stra in achternamen door het in onbruik raken van de -a-verbuiging in het Fries niet meer als zodanig begrepen. Toch werden er bij de massale naams-aanneming in 1811 nog veel familienamen mee gevormd. (Zie de akte van aanneming van de naam Dijkstra door Siebolt Pijtters Dijkstra uit Indijken in 1811 naast/onder dit tekstvak) Een inwoner van Pean, bij Grouw, liet toen bijvoorbeeld de naam Peenstra vastleggen. Anderen koppelden -stra echter aan voornamen, zoals de zoon van Rienk Pybes die op basis van het patroniem van zijn vader de naam Pijpstra aannam. Weer anderen maakten er een soort beroepsnaam van, zoals een molenaar die de naam Wiekstra aannam.
Een opmerkelijke factor in de structuur van -stra-namen is dat aan dit achtervoegsel in vrijwel alle namen slechts één lettergreep voorafgaat. Om aan deze ongeschreven taalregel te voldoen is gezocht naar eenlettergrepige woorden (vgl. Wiekstra) of zijn woorden, in het bijzonder toponiemen, verkort, vaak door weglating van het eerste lid (Terpstra < Ureterp, Dijkstra < Surhuizumerdijk, Zijlstra < Munnikezijl). Een gevolg hiervan is dat er een aantal zeer frequente -stra-namen zijn, zoals Dijkstra, waarvan niet alle dragers familie van elkaar zijn. Aan het plaatsje Haskerdijken is bijvoorbeeld ook een naam Dijkstra ontleend.
Bij de volkstelling van 1947 werden ongeveer 100.000 personen met 470 verschillende -stra-namen geregistreerd (1,12% van de Nederlandse bevolking). Meer dan de helft van de -stra-naamdragers woonde in Friesland (12,3% van de inwoners van deze provincie).
(Bron: Meertens Instituut)
De wortels van onze Dijkstra’s liggen bij het Friese dorpje Dijken. Het meest waarschijnlijk is dat de vernoeming naar dit dorp de aanleiding geweest van de naam Dijkstra.
In de huwelijksakte van Entje Pytters Dijkstra (Zie de stamboom) met Hepke Friskes, afgesloten te Langweer op 12 februari 1775, komt de naam Dijkstra voor het eerst voor.
Eveneens zal blijken dat niet alle nazaten van Douwe Pytters de achternaam Dijkstra aannamen, de kinderen van Marten Douwes namen de achternaam Hettinga aan.